03. Hoofdlijnen beleid en financiële vooruitzichten

Hoofdlijnen beleid

Midterm review

Wij hebben bij de voorbereiding van de begroting 2017 de tijd genomen om halverwege de zittingstermijn van ons college te kijken naar de stand ten aanzien van het collegeprogramma; de zogenaamde midterm review. Hoe staan we in de uitvoering van de voorgenomen richting en welke accenten zouden we als college willen voorstellen voor de komende jaren?


Kijkend naar het geheel zijn we tevreden over de voortgang van de afgelopen twee jaar; de decentralisatie in het sociaal domein is opgevangen binnen de kaders zoals die met de raad zijn afgesproken, de uitvoering van de FlorijnAs is stevig ter hand genomen en een nieuw thema als participatie klinkt steeds meer door in ons handelen. Bijvoorbeeld bij de opzet van het nieuwe cultuurbeleid. Dit neemt niet weg dat we voor de komende jaren graag nog een aantal accenten zou willen aanbrengen. Zo zijn wij van mening dat we op duurzaamheid een versnelling kunnen doorvoeren. Een voorbeeld daarvan is de vervanging van reguliere straatverlichting door ledverlichting.


Op het gebied van veiligheid willen we incidentele voordelen gebruiken om een sterk fundament te leggen onder de opvang van verwarde personen. Bij het thema economie spelen de REP gelden uiteraard een belangrijke rol. Onze focus ligt bij de binnenstad, het TT-circuit en de ijsbaan. Het laatste onderwerp heeft natuurlijk ook allerlei verbanden met het domein sport. De komende twee jaren gaan we door met het gebiedsgericht werken. In participatie met bewoners en Actium investeren we extra in de openbare ruimte in onze meest kwetsbare wijken.


Om het langzaam ontwaken van de economische ontwikkeling aan te kunnen wakkeren, reserveren we binnen dit domein een aantal stevige budgetten. Deze budgetten worden beschikbaar gesteld op het moment dat de uitwerkingsplannen van voldoende kwaliteit zijn en van besluitvorming zijn voorzien. De reservering van middelen is met name gericht op een aantal specifieke economische speerpunten; binnenstad, TT-circuit en omgeving en sensor. Inzet hierbij is om bestaande activiteiten te versterken en uit te bouwen (TT, sensor), maar ook om nieuwe initiatieven die goed zijn voor de versterking van de economische structuur, zoals de ijsbaan, mogelijk te maken.


Binnen het thema duurzaamheid hebben we ervoor gekozen om de lat hoger te leggen, vooral ten aanzien van de eigen bijdrage van de gemeente. Met de extra middelen wordt het eigen vastgoed versneld op een duurzamer niveau gebracht. Datzelfde gaan we ook doen met onze straatverlichting, reguliere verlichting wordt vervangen door energiezuinige ledverlichting. Deze versnelling kost ten opzichte van het reguliere schema van onderhoud en vervangen extra middelen.


De extra inzet op het gebied van veiligheid wordt zichtbaar ten aanzien van de opvang van verwarde personen en het versterken van de huidige nevenpost van de brandweer. De problematiek ten aanzien van de opvang van verwarde personen staat landelijk in de belangstelling en speelt ook in Assen. Door het investeren in daadwerkelijke opvang en de begeleiding van verwarde personen, willen we aan de ene kant de overlast beperken maar ook de kwaliteit van opvang verhogen. De investering in de nevenpost van de brandweer is ingegeven door kwaliteit. Kwaliteit die we noodzakelijk vinden in een goede brandbestrijding en de inzet van de vrijwilligers daarbij.

 

Sociaal domein

Per 1 januari 2015 voert de gemeente verschillende nieuwe taken in het sociaal domein uit als gevolg van de drie decentralisaties (de drie D’s). Het eerste jaar stond in het teken van zorgcontinuïteit en het op orde brengen van de administratie en de gegevensuitwisseling met zorgaanbieders.


Al is dit laatste nog steeds een punt van aandacht, in Assen is de basis inmiddels op orde. Dit maakt dat we de aandacht kunnen richten op de bedoeling van de decentralisaties: de transformatie in het sociale domein. Uitgangspunten daarbij zijn zaken als: verantwoordelijkheid van de inwoner, preventie en faciliteren gaan voor professionele ondersteuning, samenhang en samenwerking, keuzevrijheid en zeggenschap, ontzorgen en normaliseren. In 2016 zijn hierin de eerste stappen gezet. Denk aan de resultaatgerichte inkoop van ondersteuning vanaf 2017, de intensivering van de samenwerking met huisartsen, de verbinding die we met het programma GIDS (Gezond In De Stad) beogen.


De transformatie in het sociaal domein komt het beste tot stand door de organisatiekracht van partners in de stad te gebruiken en door het sociale domein als één geheel te zien: de sociale basis, de eerste lijn van algemene en vrij toegankelijke voorzieningen en de tweede lijn van individueel en geïndiceerd maatwerk. Vanuit dit perspectief stellen we eind 2016, met input van de adviesraden en partners in de stad, een nieuw Uitvoeringsprogramma sociaal domein 2017-2018 vast. De Visie op zorg en welzijn 2012-2016 blijft ook de komende jaren de basis voor onze inzet in het sociaal domein.

 

Financiële vooruitzichten

 

Financiële vooruitzichten 2017-2020

Op basis van de huidige inzichten treden er deze bestuursperiode geen grote veranderingen op in de financiële positie van onze gemeente. Die blijft zoals we die in de Voorjaarsnota hebben omschreven ‘gezond maar kwetsbaar’. We blijven in deze bestuursperiode in het financiële beleid dan ook behoedzaam manoeuvreren. Parallel daaraan geven we invulling aan de nieuwe begrotings- en verantwoordingsvoorschriften en bereiden we ons voor op de aangescherpte en veranderende accountantscontroles.


De nieuwe financiële vooruitzichten voor de periode 2017-2020 geven aan dat we deze bestuursperiode uitvoering kunnen blijven geven aan het aanvaarde beleid. Dit kan zonder extra financiële ingrepen en met sluitend blijvende jaarbegrotingen. Dat geldt zowel voor 2017 en 2018, als voor de eerste jaren van de komende bestuursperiode.


Voorwaarde is wel dat we ook in 2017 en 2018 verder uitvoering geven aan de bezuinigingsopgave uit de nota ‘Minderen met Maat’; die zetten we voort. We willen blijven vasthouden aan de opgave zoals die in oorsprong voor de huidige bestuursperiode door de raad is vastgesteld. Dat houdt in dat, zodra dat noodzakelijk wordt, we de maatregelen uit dat basispakket, die om uiteenlopende redenen niet haalbaar zijn gebleken, alsnog door middel van vervangende maatregelen zullen compenseren.


Daarnaast blijven we ons bezinnen op nieuwe bezuinigingskansen, die we als dat nodig zou zijn kunnen inzetten voor realisatie van nieuwe ambities.


De aantrekkende economie kan in dat verband overigens ook voor nieuwe impulsen zorgen. De onlangs door het kabinet gepresenteerde Miljoenennota 2017 en de daarop geënte septembercirculaire bevatten daarvoor de eerste signalen.

 

Financiële aanpak beleidsinvulling 2017-2020

Zoals in de Voorjaarsnota aangekondigd zetten we het aanvaarde beleid voort en lossen we daarin nog bestaande knelpunten op. Daarnaast richten we de focus op nieuwe ontwikkelingen en nieuwe beleidsinitiatieven.


Uitgangspunt is dat we dat doen binnen de bestaande financiële kaders en met in achtneming van de financiële spelregels. Vanuit die optiek hebben we ook de beleidsvoorstellen voor de begroting 2017 voorbereid en afgewogen. Daarbij houden we rekening met de op grond van het nieuwe BBV noodzakelijke stelselwijzigingen en de onontkoombare budgettaire effecten daarvan.

 


Financiële gevolgen op te lossen knelpunten


In de aanloop naar de begroting 2017 zijn we nagegaan of en waar in het beleid en de bedrijfsvoering sprake is van knelpunten die in 2017 met oog op borging van kwaliteit en continuïteit opgelost moeten worden. Dat heeft geleid tot de volgende uitkomsten

001

De voor het oplossen van deze knelpunten benodigde middeleninzet loopt af van € 1,6 miljoen in 2017 en 2018 naar € 1,3 miljoen structureel vanaf 2019. Met dit beloop is in het dekkingsplan 2017-2020 rekening gehouden.

 

Financiële opgave ambities 2017/2018


Hiervoor hebben wij de ambities en plannen waar we de komende jaren mee aan de slag willen gepresenteerd en toegelicht. Voor de uitvoering daarvan is additionele budgettaire ruimte noodzakelijk. Het zwaartepunt ligt daarbij op de inzet van incidentele middelen; de omvang van benodigde structurele ruimte is beperkt. Dat is een bewuste financiële keuze.
Wij zijn in staat om voor deze extra financiële opgave binnen een sluitend blijvend financieel perspectief voldoende ruimte vrij te maken. Dat doen we kort samengevat door gericht gebruik te maken van vrije ruimte in beschikbare eigen reserves, door het inzetten van de nog beschikbare REP-gelden, door in te zetten op en het regelen van financiële inbreng van externe partners en door vast te blijven houden aan en gebruik te maken van bestaande kaders en financiële afspraken. Het vasthouden aan de realisatie van de oorspronkelijke bezuinigingsopgave is daar onderdeel van.


Het totaalbeeld van de ambities en plannen waar we in 2017 en 2018 mee aan de slag willen c.q. die we willen realiseren, ziet er financieel vertaald, als volgt uit:

002

 

Van de totaal in te zetten middelen ad € 15,6 miljoen heeft € 13,5 miljoen een eenmalig karakter. Hiervoor kunnen incidentele dekkingsmiddelen worden ingezet. Voor het restende deel ad € 2,1 miljoen is extra structurele begrotingsruimte benodigd van € 0,26 miljoen.


De voor uitvoering van de plannen benodigde incidentele dekking kan in onze visie plaats vinden uit de nog niet bestede REP-middelen (€ 6,0 miljoen), vanuit de grondexploitatie (€ 1,5 miljoen), door middel van cofinanciering van derden (€ 1,9 miljoen) en uit de inzet van eigen beheerfondsen (€ 1,7 miljoen).


Dekking van het nog resterende deel van € 2,4 miljoen kan plaats vinden door gebruik te maken van vrije ruimte in de algemene en zo nodig van de Essent-reserve.


De benodigde structurele dekkingsmiddelen van € 0,26 miljoen maken onderdeel uit van het hiernavolgende dekkingsplan voor de periode 2017-2020.

 

Verdere invulling en uitwerking

De ambities en plannen voor de komende jaren behoeven in veel gevallen verdere voorbereiding en uitwerking. We zijn daarbij mede afhankelijk van externe partijen. Om die reden vragen we de raad in dit stadium dan ook enkel om in te stemmen met de financiële kaders en de dekkingsrichtingen die we daarvoor op dit moment in beeld hebben. De verdere invulling en uitwerking van de plannen leggen we samen met de benodigde middeleninzet en de feitelijke dekkingsmaatregelen in separate voorstellen ter afweging en besluitvorming aan de raad voor.

003

Financieel dekkingsplan 2017-2020

Hierna geven we in totaalverband aan welke middelen in de periode 2017 -2020 voor het oplossen van de financiële gevolgen van externe ontwikkelingen, knelpunten in het eigen beleid en voor de invulling van onze nieuwe ambities benodigd zijn. In combinatie daarmee maken we zichtbaar hoe we die de komende jaren van dekking willen gaan voorzien.

 

Ter toelichting op de belangrijkste dekkingsmaatregelen kort het volgende:

Cumulatieregeling nadeelgemeenten

Assen is zowel in het kader van de herijking van het gemeentefonds als bij de verdeelmodellen in het sociaal domein als een (forse) nadeelgemeente uit de bus gekomen. Om die reden ontvangt Assen ter verzachting van de financiële pijn, via het gemeentefonds, een tijdelijke financiële tegemoetkoming. Het gaat hier om een gewenningsbijdrage bedoeld om de nadeelgemeenten tijd en ruimte te geven om op het blijvende verlies aan rijksmiddelen in te spelen. De middelen zijn niet gelabeld en dus vrij inzetbaar voor eigen beleids- en begrotingsdoeleinden.

De regeling beslaat de periode 2016-2019 en eindigt met ingang van 2020. Bij de besprekingen over de vaststelling van de begroting 2016 is besloten deze middelen voorlopig en volledig te reserveren voor gemeentebrede risico-afdekking waaronder die in het sociaal domein. Daarvoor hoeven ze tot nu toe echter niet te worden ingezet.
Gezien het actuele begrotingsbeloop en het feit dat zich bij de uitvoering van de nieuwe taken in het sociale domein geen financiële tegenvallers lijken te gaan voordoen, stellen we voor om de bestaande reservering te laten vervallen en de middelen in totaalverband als algemeen dekkingsmiddel voor beleidsdoeleinden in te zetten.

Te compenseren bezuinigingen 2014-2018

We houden vast aan het principe om, als de situatie daarom vraagt, de niet gerealiseerde bezuinigingen uit het aan het begin van de bestuursperiode vastgestelde basispakket, geheel of gedeeltelijk door middel van vervangende maatregelen te compenseren. Omdat de directe noodzaak daartoe in dit stadium ontbreekt ramen het mogelijk financieel effect hiervan in het dekkingsplan voorlopig ‘pro memorie’.

 

Ontwikkeling gemeentefondsaccressen

We hebben de kort voor de afronding van de begroting 2017 verschenen septembercirculaire gemeentefonds op hoofdlijnen beoordeeld en doorgerekend.

Belangrijk daarin voor de uitkomst van de begroting 2017 en de meerjarencijfers 2018-2020 is de positieve bijstelling van de accressen. Die wordt gevoed door de door het kabinet in de Miljoenennota 2017 aangekondigde beleidsintensiveringen en door de geactualiseerde middellange termijn cijfers van het CPB. Het gemeentefonds deelt via de ‘trap op trap af’ systematiek mee in deze positieve ontwikkelingen.
Voor Assen resulteren de nieuwe cijfers in een positieve bijstelling van de algemene uitkering die oploopt van € 0,5 miljoen in 2017 naar € 1,9 miljoen structureel vanaf 2020. We hebben die ontwikkeling en het dekkingsplan zichtbaar gemaakt. Voor het overige bevat de septembercirculaire geen maatregelen met directe doorwerking in de einduitkomsten van de begroting en de meerjarenprognose.

 

004